Een winterdepressie kenmerkt zich, zoals de naam al aangeeft, door nagenoeg jaarlijks klachten te ervaren in het winterseizoen (september t/m maart), terwijl de zomer klachtenvrij wordt doorgebracht. Naast de symptomen die bij de diagnose depressie voorkomen, komen een aantal symptomen opvallend vaak voor bij winterdepressie:

• een grotere slaapbehoefte vergeleken met de zomer,
• een grotere behoeft aan calorierijk voedsel, waardoor vaak (soms forse) gewichtstoename
• de neiging zich uit het sociale verkeer terug te trekken.

Bij de start van NESDA werd nog geen aandacht besteed aan het effect van de seizoenen, maar bij de tweede meting werd een tweetal vragenlijsten hierover afgenomen. Deze zijn de afgelopen meting herhaald. Eén vragenlijst meet de invloeden van de seizoenen, de andere het chronotype. Beiden worden beïnvloed door de biologische klok. Iemand die in de ochtend beter functioneert dan in de avond heeft een vroeg chronotype, iemand die de voorkeur heeft voor de avond heeft een laat chronotype. Uit eerdere studies blijkt dat mensen met een depressie vaak een laat chronotype hebben.

Psychiater en onderzoeker Wim Winthorst heeft in NESDA de winterdepressie nader onderzocht. Hij vond geen aanwijzingen voor seizoenvariatie in klachten bij mensen die bekend zijn met een depressie of een angststoornis. Hoewel er geen objectieve aanwijzingen zijn dat de NESDA deelnemers in de winter vaker depressief zijn, ervaren onze deelnemers zelf wel invloed van de seizoenen. Hoe ernstiger de depressieve- of angststoornis, des te sterker de deelnemers de seizoenvariatie ervaarden.

Stella Druiven (arts in opleiding en promovendus bij de Rijksuniversiteit Groningen ) onderzocht of het chronotype van een persoon kan voorspellen of iemand na vier jaar een depressie krijgt. Dat bleek niet zo te zijn. Stella is nu bezig om te onderzoeken in hoeverre het chronotype stabiel is tijdens het leven. Dat gebeurt met gebruikmaking van de gegevens over een periode van zeven jaar.

De behandeling van winterdepressie bestaat meestal uit lichttherapie. 70-80% van de patiënten is na een week lichttherapie de klachten weer de baas.